internodiën

Internodiën zijn de stukken van een plantensteel tussen twee opeenvolgende knopen. Een knoop is het punt waarop bladeren, zijtakken of knoppen ontstaan; het daartussen liggende segment wordt het internodium genoemd. De lengte van de internodiën varieert sterk tussen soorten en ontwikkelingsstadia en beïnvloedt de morfologie van de plant. Lange internodiën leveren meestal hogere, slankere stengels op, terwijl korte internodiën zorgen voor compactere en dichtere planten.

Anatomie en ontwikkeling: internodiën bevatten de transportweefsels (xyleem en floëem) en ondersteunende weefsels. Groei vindt vooral plaats in het elongatiegebied net onder de apicale meristeem; de lengte van het internodium wordt beïnvloed door hormonen zoals auxine en gibberellinen en door omgevingsfactoren zoals licht, temperatuur en voedingsstoffen. Bij weinig licht kan etiolation optreden, waardoor internodiën langer worden.

Functionele betekenis: de internodale lengte bepaalt de afstand tussen bladeren, de lichtopname en de stabiliteit van de stengel. In de landbouw en tuinbouw wordt internodelengte vaak gemanipuleerd om plantvormen en gewasopbrengsten te beïnvloeden. Te lange internodiën kunnen leiden tot lodging (omvallen) en zwakkere stengels, terwijl verkorting van internodiën de duurzaamheid en oogstwerkbaarheid kan verbeteren.

Samenvatting: internodiën onderscheiden zich van knopen, het knooppunt waar bladeren en knoppen vastzitten; het tussenliggende segment heet internodium. De lengte wordt gemeten van knoop tot knoop en beïnvloedt zowel plantarchitectuur als praktische teeltkenmerken.