glucosewaarden
Glucosewaarden verwijzen naar de concentratie glucose in het bloed. In de klinische praktijk worden ze meestal uit veneus bloed gemeten en uitgedrukt in millimol per liter (mmol/L); in de Verenigde Staten en sommige laboratoria wordt ook mg/dL gebruikt. Glucosewaarden geven een beeld van hoe effectief het lichaam glucose uit voedsel opneemt en reguleert, voornamelijk via insuline en andere hormonen.
Metingen kunnen nuchter plaatsvinden (bijten minder dan acht uur vasten), postprandiaal (tijdens of na een maaltijd)
Voor diagnose en screening worden verschillende criteria gehanteerd. Veel richtlijnen hanteren normaal nuchter bloedglucose <5,6 mmol/L.
Bij mensen met diabetes gelden vaak strengere streefwaarden. Een gangbare richtlijn voor nuchtere glucose ligt tussen
Factoren die glucosewaarden beïnvloeden zijn onder meer tijdstip ten opzichte van maaltijden, lichamelijke activiteit, ziekte, stress