gedragsvariabelen

Gedragsvariabelen zijn variabelen die het gedrag van personen of groepen weerspiegelen. Ze meten wat iemand doet, eerder dan wat iemand denkt of voelt. In onderzoek en data-analyse worden gedragsvariabelen gebruikt om patronen, voorkeuren of uitkomsten te verklaren en te voorspellen. Ze kunnen kwantitatieve vormen aannemen, zoals aantallen, bedragen, tijdsduur of percentages, of kwalitatieve vormen die via categorieën of classificaties zijn vastgelegd. Voorbeelden zijn aankoopgedrag (frequentie van aankopen, gemiddelde orderwaarde), klikgedrag op een website (paginaweergaves, klikfrequentie, sessietijd), en gebruiksgedrag van een app (aantal sessies per dag, duur van sessies).

Gedragsvariabelen worden vaak geëxpliciteerd als onafhankelijke variabelen om uitkomsten te verklaren of als afhankelijke variabelen in modellen die gedrag voorspellen. Ze komen voort uit verschillende bronnen: directe waarneming, digitale logbestanden, transactiedata of zelfrapportage (met beperkingen zoals bias). Het verzamelen van gedragsdata vereist aandacht voor betrouwbaarheid (consistentie) en validiteit (dat wat gemeten wordt echt gedrag weerspiegelt).

Bij analyse kan onderscheid worden gemaakt tussen continue variabelen (bijv. tijdsduur), discrete tellingen (bijv. aantal klikken) en ordinale categorieën (bijv. niveaus van betrokkenheid). Ethische overwegingen zijn belangrijk, met name privacy en toestemming, vooral bij digitale gedragsdata.