filtraatkwaliteit

Filtraatkwaliteit verwijst naar de kwaliteit van het filtraat, de vloeistof die door een filtratiesysteem is gepasseerd. In sectoren zoals drinkwaterbehandeling, de voedingsmiddelenindustrie en de farmacie bepaalt de filtraatkwaliteit of het product veilig en geschikt is voor vervolgtoepassingen. De kwaliteit is afhankelijk van fysische en chemische kenmerken en van microbiologische verontreinigingen die door de filtratie zijn tegengehouden of doorbroken.

Belangrijke kwaliteitsparameters zijn onder meer troebelheid (NTU), totaal suspendeerde stoffen (TSS), totale opgeloste stoffen (TDS), kleur en geur, en microbiologische indicatoren (bijv. koliformen). Voor farmaceutische producten gelden daarnaast strengere eisen aan endotoxinen en partikels. In elke sector bestaan specifieke streefniveaus en meetmomenten die vastliggen in geldende normen en richtlijnen.

Filtraatkwaliteit wordt bepaald door het filtratietype (mechanische filtratie, dieptefiltratie, membraanfiltratie), de poriegrootte, de filtratiesnelheid en het voorkomen van vervuiling (fouling). De kwaliteit wordt verder beïnvloed door de kwaliteit van het feedwater, voorbehandeling en onderhouds- en reinigingsregimes zoals CIP (cleaning in place) en SIP ( sterilization in place).

Metingen gebeuren via online sensoren en laboratoriumanalyses. Voor drinkwater geldt meestal aandacht voor lage troebelheid, lage TSS en veilige microbiologische aantallen; voor farmaceutische producten gelden aanvullende normen voor endotoxinen en deeltjeskwaliteit. Normen en richtlijnen variëren per sector, zoals WHO-richtlijnen, EU-waternormen en farmaceutische kwaliteitsnormen.

Beheer van filtraatkwaliteit omvat monitoring, validatie en documentatie, met standaardwerkingsprocedures, metingen en kalibraties, en procesaanpassingen waar nodig om aan de relevante normen te blijven.