bruteforceaanvallen

Bruteforce-aanvallen zijn pogingen om ongeautoriseerde toegang te verkrijgen door systematisch veel wachtwoorden of cryptografische sleutels uit te proberen. Ze maken gebruik van zwakke wachtwoorden, wachtwoordhergebruik en ontoereikende authenticatiecontroles.

Online brute force vindt plaats tegen een live systeem, bijvoorbeeld een inlogformulier, terwijl offline brute force gebeurt wanneer een aanvaller toegang heeft tot uitgelekte of gestolen wachtwoordhashes en daarachter de wachtwoorden offline probeert. Offline brute force kan sneller zijn omdat het niet afhankelijk is van de responstijd van een doelwit.

Veelvoorkomende doelwitten zijn gebruikersaccounts, beheerderskoppelingen, externe diensten zoals SSH, RDP, VPN’s en webportals, en ook Internet of Things-apparaten met eenvoudige beveiliging. Aanvallers maken vaak gebruik van geautomatiseerde tools om enorme volumes aan inlogpogingen te doen, met woordenboeken van veelgebruikte wachtwoorden of met gestolen credentials, vooral gericht op accounts met hogere privileges.

Een succesvolle brute force kan leiden tot identiteitsdiefstal, onbevoegde toegang tot gegevens en mogelijk verdere binnendringing in netwerken. Ook misbruik van inlogsysteemfuncties kan service-impact en reputatieschade veroorzaken.

Bescherming omvat het gebruik van sterke, unieke wachtwoorden en multi-factor authenticatie; maatregelen zoals rate limiting, accountlockouts met terugtrekking van pogingen, CAPTCHA, IP-blokkering en netwerksegmentatie; regelmatige software-updates en het uitschakelen van verouderde protollen. Veilige wachtwoordopslag vereist zoute hashing met algoritmen als Argon2, bcrypt of scrypt, en monitoring van inlogactiviteiten en afwijkend gedrag. Het is essentieel om breached-passwords te vermijden door beleid en tooling die bekende kwetsbare wachtwoorden blokkeren.

Brute force-aanvallen zijn in veel rechtsgebieden illegaal en strafbaar wanneer ze gericht zijn op ongeautoriseerde toegang. Organisaties en gebruikers moeten beveiligingsbewuste praktijken toepassen om risico’s te beperken.