Home

biofoulingsoorten

Biofoulingsoorten verwijzen naar organismen die zich op onderwateroppervlakten hechten en zo een fouling-biocontinuer vormen. Ze kunnen zich ontwikkelen op scheepsrompen, offshore constructies, pijpen, hoogspanningskabels en aquacultuurnetten. Biofouling ontstaat door een combinatie van microfouling en macrofouling en hangt af van lokale omstandigheden zoals temperatuur, zoutegomstandigheden en waterbeweging. De samenstelling van de soortengemeenschap varieert per locatie en seizoenen.

Op microfouling horen vooral micro-organismen zoals bacteriën en diatomeeën, die direct een biofilm vormen. Macrofouling omvat

De gevolgen van biofouling zijn zowel economisch als ecologisch. Foulings op scheepsrompen verhogen het waterverbruik en

Beheersing van biofouling omvat antifouling coatings (vaak koperhoudende of niet-biocydische fouling-release coatings), mechanische verwijdering en, deels,

vaak
algen,
bryozoën,
tunicaten
en
weekdieren
zoals
mosselen
en
oesters;
ook
other
grotere
invertebraten
kunnen
zich
aan
oppervlakken
hechten.
Samen
zorgen
deze
groepen
voor
complexe
biologische
kringen
en
kunnen
ze
resulteren
in
robuuste,
laag-
tot
hoogdichtheidscommunity.
brandstofverbruik
door
verhoogde
weerstand,
versnellen
corrosie
en
verhogen
onderhoudskosten.
Op
offshore-
en
infrastructuurnetten
kan
fouling
de
doorvoer
verminderen
en
structurele
integriteit
beïnvloeden.
Daarnaast
kan
fouling
leiden
tot
de
overdracht
van
niet-inheemse
soorten
via
ballastwater
of
bemonsterde
oppervlakken,
wat
invasieve
populaties
kan
stimuleren.
innovaties
zoals
ultrasone
of
milieuvriendelijke
coatings.
Wet-
en
regelgeving,
zoals
ballastwaterbeheer
door
IMO,
probeert
verspreiding
van
soorten
te
beperken.
Monitoring
en
geïntegreerd
beheer
richt
zich
op
het
verminderen
van
milieubelasting
terwijl
operationele
kosten
beperkt
blijven.