Home

beschadigen

Beschadigen is een werkwoord in het Nederlands dat betekent het toebrengen van schade aan een object of aan iemands welzijn. Het kan zowel letterlijk fysiek schade aan voorwerpen betekenen (een kras op een auto, een scheur in een muur) als figuurlijk (iemands reputatie beschadigen).

Etymologie en afleiding: het werkwoord is afgeleid van schade (de schade = damage) met het prefix be-,

Vervoeging: het is een regelmatig werkwoord. Tegenwoordige tijd: ik beschadig, jij beschadigt, hij beschadigt, wij beschadigen,

Opmerkingen: beschadigen kan zowel letterlijk als figuurlijk relevant zijn; in juridische context spreekt men vaak van

dat
‘het
veroorzaken
van’
of
‘het
maken
tot’
aanduidt.
De
substantieve
vorm
is
schade;
het
voltooid
deelwoord
is
beschadigd;
de
bijvoeglijke
vorm
is
beschadigd.
jullie
beschadigen,
zij
beschadigen.
Verleden
tijd
(onvoltooid):
ik
beschadigde,
jij
beschadigde,
hij
beschadigde,
wij
beschadigden,
jullie
beschadigden,
zij
beschadigden.
Voltooid
deelwoord:
beschadigd.
Voorbeelden:
“Ik
heb
de
ruit
beschadigd.”
“Het
schilderwerk
is
beschadigd
na
de
storm.”
schade
en
schadevergoeding.
Verwante
termen
zijn
beschadiging
(het
resultaat
van
beschadigen)
en
beschrijvende
vormen
als
beschadigd.
Het
werkwoord
kan
in
diverse
contexten
worden
toegepast,
van
woning-
en
auto-schade
tot
het
aantasten
van
reputatie
of
reputatie.