Home

afgetoetst

Afgetoetst is het voltooid deelwoord van het Nederlandse werkwoord aftoetsen en wordt zowel als bijvoeglijk naamwoord als predikaat gebruikt. Het geeft aan dat iets is onderworpen aan evaluatie of toetsing en daaruit als conform, valide of voldoende verklaard is. In de praktijk wordt het toegepast op eisen, plannen, ontwerpen, resultaten en systemen die zijn vergeleken met acceptatiecriteria of normen.

Gebruikelijk is dat afgetoetst verwijst naar een toetsingsproces waarin criteria zijn toegepast en de uitkomsten zijn

Verschil met louter getoetst of toetsing ligt in de nadruk op voltooiing en externe validatie. Afgetoetst benadrukt

geverifieerd
of
gevalideerd.
Veel
voorkomende
contexten
zijn
kwaliteitszorg,
project-
en
procesmanagement,
softwareontwikkeling,
compliance
en
audits.
Voorbeelden:
"het
afgetoetste
ontwerp
voldoet
aan
de
veiligheidsnormen",
"de
afgetoetste
resultaten
vormen
de
basis
voor
het
besluit"
of
"afgetoetste
leveranciers"
(leveranciers
die
door
toetsing
zijn
goedgekeurd).
dat
de
toetsing
is
afgerond
en
dat
de
criteria
zijn
toegepast,
met
het
resultaat
dat
aan
de
normen
is
voldaan
of
dat
de
bevindingen
zijn
vastgesteld.
In
juridisch
en
beleidsmatig
taalgebruik
kan
afgetoetst
ook
verwijzen
naar
een
formele
verificatie
die
als
voorwaarde
voor
goedkeuring
dient.