adaptatieniveaus
Adaptatieniveaus zijn referentieniveaus die bepalen hoe een prikkel wordt waargenomen. Het basale idee is dat mensen stimuli niet objectief beoordelen maar relatief ten opzichte van een adaptatieniveau dat gevormd wordt door eerdere ervaringen, huidige behoeften, aandacht en verwachtingen. Het concept is vooral bekend uit de Adaptation-Level Theory van Harry Helson uit de jaren veertig, die stelt dat de waardering van een prikkel afhankelijk is van het verschil tussen de prikkel en het adaptatieniveau, met bouwstenen zoals waargenomen intensiteit, context en consequentialiteit.
Het adaptatieniveau kan verschuiven wanneer iemand lang aan een bepaald niveau is blootgesteld, wanneer de situatie
Toepassingen van het concept verschijnen in waarnemingsonderzoek, consumentengedrag, marketing en ergonomie. Bijvoorbeeld de waardering van een
Kritiek richt zich op het vagere karakter van het concept en de moeilijkheid om adaptatieniveaus operationeel