Home

Tracergasmetingen

Tracergasmetingen verwijzen naar het meten van een tracer gas in lucht om stromingspatronen, menging en lekkages vast te stellen. Het doel is inzicht te krijgen in ventilatie, isolatie en de verdeling van verontreinigingen, bijvoorbeeld in gebouwen, tunnels, industriële installaties en in milieuonderzoek.

Veelgebruikte tracer gases zijn inert en goed detecteerbaar. Voor lekdetectie worden vaak SF6 en helium ingezet,

Toepassingen omvatten ventilatie- en lekcontrole in gebouwen, beheer van cleanrooms en industriële installaties, en studies naar

maar
vanwege
klimaat-
en
veiligheidsbeperkingen
worden
tegenwoordig
ook
alternatieven
gebruikt.
In
onderzoeks-
en
bouwkundige
toepassingen
kan
ook
kooldioxide
of
speciaal
samengestelde
gasmengsels
worden
gebruikt.
Metingen
gebeuren
met
draagbare
gasdetectors
(elektrochemische
sensoren,
fotoionisatie-
of
infraroodsensoren)
en
met
laboratoriuminstrumenten
zoals
gaschromatografie
of
massaspectrometrie.
Voor
veldmetingen
worden
diverse
technieken
toegepast,
zoals
het
introduceren
van
een
bekend
volume
tracer
gas
en
het
volgen
van
de
concentratie
in
verschillende
ruimten,
of
decaysmetingen
om
de
ventilatiesnelheid
te
bepalen.
luchtkwaliteit
en
luchtstromen
in
diverse
omgevingen.
Uit
de
meetresultaten
kunnen
parameters
zoals
de
luchtverversingssnelheid
(air
changes
per
hour),
verwijderingssnelheden
en
ruimtelijke
verdelingspatronen
worden
afgeleid.
Veiligheid
en
milieu
zijn
belangrijke
overwegingen:
tracer
gases
moeten
veilig
voor
personen
zijn
en
het
milieu
zo
min
mogelijk
belasten;
SF6
krijgt
toenemende
restricties.
Er
bestaan
normen
en
methoden,
zoals
ASTM
E741,
voor
het
bepalen
van
luchtverversing
in
gebouwen.
Beperkingen
zijn
onder
meer
achtergrondconcentraties,
sensorcalibratie
en
weersinvloeden,
die
de
interpretatie
beïnvloeden.