Praktijkonderwijs

Praktijkonderwijs is een vorm van voortgezet onderwijs in Nederland bedoeld voor leerlingen die moeite hebben met de theoriegerichte onderdelen van de reguliere VMBO-opleidingen. Het accent ligt op praktische vaardigheden, arbeidstraining en zelfstandigheid, met onderwijs dat is afgestemd op wat leerlingen in de arbeidsmarkt kunnen gebruiken.

De leerweg duurt doorgaans vijf jaar en omvat praktische vakken zoals koken, bouw- en houtwerk, metaal- en ICT-werk, verzorging en dienstverlening, gecombineerd met functionele rekenen en taal. Een belangrijk deel van het programma bestaat uit stages en werkervaring in bedrijven, waardoor leerlingen leren werken in realistische werkomgevingen.

Na afronding ontvangen leerlingen het diploma praktijkonderwijs. Dit diploma is gericht op werkgelegenheid en praktische taken en biedt vaak directe aansluiting op de arbeidsmarkt. Ook bestaan er doorstroommogelijkheden naar mbo-opleidingen via speciale doorstroomtrajecten, vaak met aanvullende ondersteuning.

Historisch ontstond praktijkonderwijs in de jaren tachtig als antwoord op de behoefte aan een onderwijsvorm die beter aansluit bij leerlingen die moeite hebben met abstracte vakken. Met de invoering van Passend Onderwijs zijn PO-scholen wijdverspreid en richten zij zich op realistische leeromgevingen en nauwe samenwerking met het bedrijfsleven.

Kenmerken van de aanpak zijn kleinschalige klassen, veel praktijkopdrachten en begeleiding op maat, gericht op het ontwikkelen van praktische beroepscompetenties en zelfredzaamheid.