Nestelende

Nestelende is een Nederlands present-participium en bijvoeglijk naamwoord afgeleid van het werkwoord nestelen. De term beschrijft een toestand van nestelen of zich vestigen, vaak in de betekenis van het bouwen van een nest of het zich thuis voelen op een plek. Nestelende wordt vooral aangetroffen in descriptieve, literaire of ecologische beschrijvingen en komt minder vaak voor in alledaags gesprek.

Etymologie: Nestelende is opgebouwd uit het basiswoord nest, verwijzend naar een nest, en het participiumsuffix -elende. Het vormt een gebruikelijke bouwtrant in het Nederlands om aan te geven dat iemand of iets bezig is met nestelen of settelen. De exacte historische ontwikkeling is niet delicaat vastgelegd in algemene woordenboeken, maar het is een productieve hedendaagse uitspraak.

Usage en voorbeelden: Nestelende wordt gebruikt om dieren aan te duiden die een nest bouwen of bezetten, evenals mensen of groepen die wortel proberen te zetten in een nieuw gebied. Voorbeelden: “Tijdens het broedseizoen zien we veel nestelende vogels.” “Een nestelende familie vestigde zich in de wijk en maakte van het nieuwe huis een thuis.” In literaire teksten kan nestelende beeldspraak oproepen die het proces van wortelzetten symboliseert.

Zie ook: nest, nestbouw, wortelzetten, vestiging.