Montagehoogten

Montagehoogten verwijst naar de verticale positie waarop een apparaat, onderdeel of installatie op een wand, paneel of frame wordt gemonteerd. De hoogte wordt bepaald door functionele eisen, ergonomie, bereikbaarheid, veiligheid en onderhoud.

In bouw- en installatiewerken zijn montagehoogten van belang voor elektrische installaties, sanitaire voorzieningen, werktuigen en machinebesturing, evenals voor telecommunicatie en beveiligingssystemen. Bij het ontwerp wordt rekening gehouden met de gebruikersgroep (volwassenen, kinderen, mindervaliden), de ruimte en de omgeving (schoonmaakbelasting, signaal- en kabelbeheer).

Er worden diverse afwegingen gemaakt, zoals de toegankelijkheid voor bediening en onderhoud, de esthetiek en de compatibiliteit met meubilair en bestaande systemen. Ook wordt gelet op voldoende vrije ruimte rondom hoog- en laagliggende componenten en op storingsvrije werking bij dagelijkse handelingen.

Richtlijnen en normen verschillen per land en toepassing. In veel woningen worden schakelaars bijvoorbeeld op circa 1,0 tot 1,2 meter boven de vloer geplaatst, en stopcontacten op circa 0,3 tot 0,5 meter. Voor openbare gebouwen en industrie kunnen höe­teren optreden afhankelijk van toegankelijkheidseisen en nationale voorschriften. Voor machines en controles wordt de montagehoogte vaak afgestemd op de gebruikerslengte en het bereik van de bediening, met speciale aandacht voor noodstop en veiligheidsvoorzieningen.

Het bepalen van montagehoogten gebeurt vroeg in het ontwerpproces en kan bij renovatie worden aangepast. Documentatie en tekeningen moeten de monteergarantie en hoogte duidelijk weergeven.