Home

CIwaarden

CI-waarden, vaak aangeduid als betrouwbaarheidsintervallen, vormen in de statistiek een schatting van de onzekerheid rond een populatieparameter. Een CI bestaat uit een interval met een onder- en bovengrens rondom een puntenschatting, zoals het steekproefgemiddelde of de proportie. De bedoeling is aan te geven dat de ware parameter met een vooraf vastgesteld vertrouwen binnen dit interval ligt, bij herhaalde steekproeven.

De hoogte van het interval hangt af van de steekproefgrootte, de variabiliteit in de data en het

De interpretatie van CI-waarden: als men het CI bij herhaalde steekproeven zou openen, zou een bepaald percentage

Bij rapportage wordt doorgaans het niveau vermeld (bijv. 95%), de gebruikte methode, de steekproefgrootte en de

---

gekozen
betrouwbaarheidsniveau
(bijv.
95%).
Een
veelgebruikte
berekening
is
gebaseerd
op
de
steekproefstandaardfout
en
een
kritieke
waarde
uit
een
normale
verdeling
(z)
of
t-verdeling.
Voor
bekende
variantie
gebruiken
we
z,
voor
onbekende
variatie
en
kleinere
steekproeven
gebruiken
we
t
met
vrijheidsgraden.
Voor
verhoudingen
bestaan
methoden
zoals
de
Wilson-score
of
Agresti-Coull;
bij
zeer
kleine
steekproeven
zijn
exacte
methoden
zoals
Clopper-Pearson
mogelijk.
Niet-parametrische
methoden
zoals
bootstrap
kunnen
eveneens
worden
toegepast.
van
de
intervallen
de
ware
parameter
bevatten.
Het
is
echter
misleidend
te
zeggen
dat
er
een
95%
kans
bestaat
dat
de
parameter
in
dit
specifieke
interval
ligt;
de
parameter
is
een
vast
getal.
De
breedte
van
een
interval
weerspiegelt
de
precisie:
grotere
steekproeven
leveren
doorgaans
nauwkeurigere,
smallere
CIs,
terwijl
meer
variabiliteit
tot
bredere
intervallen
leidt.
puntenschatting
weergegeven.
Een
korte
illustratie:
een
steekproefgemiddelde
van
100
met
een
standaardfout
van
5
levert
ongeveer
een
95%
CI
van
[90,
110].