zinsvorm
Zinsvorm is een term die in het Nederlands wordt gebruikt om de structuur en functie van een zin te beschrijven. In de taalkunde verwijst zinsvorm naar hoe een zin is opgebouwd om een bepaalde functie uit te drukken, zoals een mededelende zin, een vraag, een bevel of een uitroep. Daarbij gaat het om de woordvolgorde en de werkwoordsvorm die nodig zijn om de zinsvorm te herkennen. In de logica kan zinsvorm ook verwijzen naar een syntactisch sjabloon voor proposities, dat kan worden ingevuld met letterproposities.
Belangrijke zinsvormen in het Nederlands zijn:
- Declaratieve of mededelende zin: een bewering, meestal met onderwerp-werkwoord-rij; voorbeeld: "De zon schijnt."
- Vraagzin: kan een ja/nee-vraag bevatten ("Schijnt de zon?") of een open vraag ("Wanneer schijnt de zon?");
- Imperatieve zin: een bevel of verzoek, meestal met de stam van het werkwoord ("Schrijf het op.").
- Uitroepende zin: een zin die sterke emotie uitdrukt ("Wat mooi!").
Zinsvormen kunnen ook aspecten van stem en voice bevatten:
- Aantonende wijs (indicatieve modus), gebiedende wijs en, in oudere of formele teksten, aanvoegende wijs; werkwoorden kunnen
In complexere zinnen kunnen bijzinnen de zinsvorm beïnvloeden of wijzigen.
In logica is een zinsvorm een sjabloon zoals p ∧ q of p → r, waarbij p, q, r