valideerde

Valideerde is de verleden tijd enkelvoud van het Nederlandse werkwoord valideeren. Valideren betekent controleren of iets voldoet aan vastgestelde normen, specificaties of regelgeving, en bevestigen of die naleving correct is uitgevoerd. Het voltooid deelwoord van valideeren is gevalideerd, waardoor men spreekt van een voltooide validatie wanneer men zegt dat de gegevens of systemen zijn gevalideerd.

Etymologie en gebruik: valideeren is een leenwoord uit het Frans valider, verwant aan het Latijnse validus, wat kracht of geldigheid betekent. In het Nederlands is validatie het zelfstandig naamwoord dat refereert aan het proces van validatie, en valideer of valideren zijn werkwoordsvormen die de handeling aanduiden. De termen wisselen vaak tussen formeel en technisch taalgebruik, afhankelijk van het domein.

Toepassingsgebieden en voorbeelden: validatie komt veel voor in informatica en datawetenschap, waar invoers, berekeningen en datasets worden gecontroleerd op juistheid en consistentie. In kwaliteitszorg en productie worden processen en systemen gevalideerd om betrouwbaarheid en naleving te waarborgen. In onderzoek en klinische trials verwijst validatie naar de bevestiging van meetinstrumenten en modellen. Voorbeelden: de auditor valideerde de rapporten; het laboratorium valideerde de meetprocedure; de gegevens zijn gevalideerd.