textuurpatronen

Textuurpatronen zijn herhaalde motieven die op een oppervlak een bepaalde textuur suggereren of deze fysiek vormen. Ze worden toegepast op zowel fysieke materialen, zoals textiel, behang, keramiek en kunststoffen, als op digitale media, waaronder afbeeldingen en gebruikersinterfaces. Een patroon kan geometrisch zijn, met regelmatige vormen zoals lijnen, rijen en ruiten, of organisch, met vrije vormen zoals stippen, vlekken of bladeren. Soms verwijzen textuurpatronen naar realistische materialen, zoals houtnerf, metaal of steen, terwijl andere patronen abstract of patina opleveren.

Een sleutelkenmerk is tiling: het patroon moet naadloos herhaalbaar zijn zodat één eind aansluit bij het begin en een continuous oppervlak ontstaat. Tekenen voor tiling vereist aandacht voor randopbouw en verloop van kleur en schaduwen.

Textuurpatronen worden gemaakt op verschillende manieren. Handgetekende motieven kunnen worden getekend en vervolgens getegeld; fotografische patronen kunnen worden verwerkt tot digitale bestanden; procedurale texturen worden gegenereerd met algoritmen en noise- of fractaltechnieken. Vector- en bitmapformaten worden gebruikt, afhankelijk van toepassing en schaal.

Toepassingen omvatten textiel- en interieurontwerp, keramiek en behang, grafische vormgeving en achtergrondontwerp voor websites en apps. Bij gebruik in UX/UI is het belangrijk rekening te houden met contrast en leesbaarheid, en met culturele gevoeligheden en auteursrechten.