spinrelaxatietijden
Spinrelaxatietijden verwijzen naar tijdsconstanten die beschrijven hoe een magnetisch spin systeem terugkeert naar thermisch evenwicht na een verstoring met een radiofrequente puls. In velden zoals kernspinresonantie (NMR), electron spin resonance (ESR) en magnetische resonantie-imaging (MRI) zijn de belangrijkste relaxatieparameters T1 en T2, terwijl T2* de effect van veldinhomogeniteiten op de dephasing aangeeft. Deze tijden geven inzicht in de dynamiek van het systeem en de omgeving waarin de spins zich bevinden.
T1, de spin-lattice relaxatietijd, is de tijdsconstante voor het herstel van de longitudinale magnetisatie langs het
Metingen gebeuren met bepaalde NMR/ESR-sequenties: T1 wordt vaak bepaald met inversie-herstel experimenten, T2 met spin-echo technieken,
Toepassingen en belang: relaxatietijden leveren informatie over moleculaire dynamiek, structuur en sammensetzung; ze vormen cruciale parameters