Home

praktijkervaringseisen

Praktijkervaringseisen zijn de normen die aangeven hoeveel en welk soort praktische arbeid iemand moet hebben verricht voordat hij of zij kan deelnemen aan een opleiding, zich kan registreren als professional, of kan solliciteren naar een baan in een bepaald beroep. Ze worden vastgesteld door beroepsorganisaties, opleidingsinstellingen, regelgevende instanties of werkgevers en verschillen per sector en jurisdictie. Het begrip is vooral gangbaar in Nederland en Vlaanderen, en kan ook voorkomen in de discussie over erkenning van buitenlandse kwalificaties.

Typische elementen zijn een minimumduur van praktijkervaring (aantal uren of maanden), de aard van de werkzaamheden

De uitvoering van de eisen verschilt per regeling. In gereguleerde beroepen zijn de praktijkervaringseisen juridisch bindend

Voorbeelden van praktijkervaringseisen zijn klinische uren voor verpleegkundigen en artsen, praktijkstages voor leraren, veldwerk voor sociaal

---

(directe
cliënt-
of
patiëntcontact,
veldwerk,
stage
of
supervised
tasks)
en
de
vereiste
competenties
of
leerresultaten
die
moeten
worden
aangetoond.
Ook
documentatie
is
vaak
verplicht,
bijvoorbeeld
een
logboek
of
portfolio,
plus
attestaties
van
supervisors
en
periodieke
beoordelingen
zoals
evaluaties
of
praktijkexamens.
voor
toelating
tot
registratie
of
licentie.
Voor
opleidingsprogramma’s
dienen
ze
doorgaans
als
toetssteen
voor
beroepsbekwaamheid.
Soms
bestaan
er
opties
zoals
stage-werktrajecten,
erkenning
van
eerdere
ervaring
(RPL)
of
bridging-programma’s
om
aan
de
criteria
te
voldoen.
Uitdagingen
zijn
onder
meer
de
beschikbaarheid
van
stageplaatsen,
de
kwaliteit
van
supervisie
en
de
administratieve
last.
werk
en
stages
of
traineeships
in
de
techniek.