Home

opgevallen

Opgevallen is het voltooid deelwoord van het Nederlandse werkwoord opvallen, wat betekent: aandacht trekken of opvallen in opvallende mate. Het kan ook als bijvoeglijk naamwoord worden gebruikt in de context van iets dat opvalt, maar in de meeste gevallen functioneert het als onderdeel van een voltooid tijdsvorm.

Grammaticaal gezien is opvallen een separabel werkwoord van de prefix op- en het werkwoord vallen. In de

Het gebruik van opvallen ligt vooral in het aangeven dat iets op korte afstand, opvallend of opmerkelijk

Etymologisch komt opvallen van op- (naar, richting) en vallen, wat beeldspraak oplevert van iets “ergens opvallen”

Zie ook: opmerkelijk, opvallend, opmerken, merken.

tegenwoordige
tijd
scheidt
de
prefix
zich
meestal
af
(valt
op),
terwijl
in
de
voltooide
tijd
het
voltooid
deelwoord
met
het
hulpwerkwoord
zijn
wordt
gebruikt:
iets
is
opgevallen.
De
leertaal
kent
varianten
zoals
viel
op
(verleden
tijd)
en
is
opgevallen
(voltooid
tegenwoordige
tijd).
is,
of
de
aandacht
trekt.
Voorbeelden:
De
kleur
van
de
jas
valt
meteen
op.
Het
rapport
is
opgevallen
bij
de
inspecteurs.
Een
gebeurtenis
kan
opvallen
doordat
deze
afwijkt
van
wat
normaal
is.
Opvallen
kan
zowel
positief
als
negatief
zijn,
afhankelijk
van
de
context.
of
“naar
voren
vallen.”
Tegenhangers
zijn
onder
meer
opmerkelijk
of
opvallend,
wat
als
bijvoeglijk
naamwoord
wordt
gebruikt
om
iets
beschrijvend
te
karakteriseren,
bijvoorbeeld
een
opvallende
fout
of
een
opvallende
eigenschap.