Home

nietblootgestelde

Nietblootgestelde is een Nederlandse term die in wetenschappelijke contexten wordt gebruikt om personen of populaties aan te duiden die niet zijn blootgesteld aan een specifieke factor. De term is de tegenhanger van blootgestelde en wordt vaak toegepast in epidemiologie, toxicologie en milieu- en arbeidsgezondheid om een controlegroep aan te duiden ten opzichte van groepen die wél blootgesteld zijn.

In onderzoeksontwerpen fungeren nietblootgestelde groepen vaak als controlegroep, waarmee men de uitkomsten kan vergelijken met blootgestelde

Voorbeelden: in een studie naar de gezondheidseffecten van fijn stof woont een deel van de bevolking in

Etymologie en varianten: de uitdrukking komt van niet + blootgesteld; in formele literatuur wordt ook wel gesproken

---

groepen
om
het
effect
van
de
blootstelling
op
risico,
incidentie
of
ernst
te
schatten.
De
definitie
van
wat
telt
als
blootstelling
kan
variëren
per
studie
en
kan
betrekking
hebben
op
ziekteverwekkers,
chemicaliën,
straling,
lawaai
of
leefstijlfactoren.
een
gebied
met
hoge
concentraties
fijn
stof
en
wordt
beschouwd
als
blootgesteld;
een
andere
groep
in
een
gebied
met
lage
concentraties
als
nietblootgesteld.
In
toxikologie
kunnen
dier-
of
celstudies
een
nietblootgestelde
controlegroep
omvatten
die
geen
blootstelling
krijgt.
over
niet-blootgestelde
deelnemers
of
niet-blootgestelde
populatie.
Verwante
termen
zijn
blootstelling,
blootgestelde
groep
en
controlegroep.