invoerenergie

Invoerenergie, ook wel inputenergie genoemd, verwijst naar de energie die aan een systeem, apparaat of proces wordt toegevoerd. Het is de energie die bij de ingang wordt geleverd en kan binnen het systeem worden omgezet, opgeslagen of verloren gaan. Invoerenergie staat tegenover uitvoerenergie of nuttig vermogen en maakt deel uit van de energiebalans van een systeem: E_in = E_out + verliezen + ΔE_opgeslagen.

Eenheden voor invoerenergie zijn onder meer joule (J) en kilowattuur (kWh). Voor elektrische input geldt E_in = ∫ P_in dt; bij een constante belasting is E_in = P_in × t. Invoerenergie kan verschillende vormen aannemen, zoals elektrische, mechanische, thermische, chemische of stralingsenergie. In veel technische systemen is de inputenergie vooral elektrische energie die wordt omgezet in beweging, warmte of andere vormen.

Efficiëntie en verliezen spelen een centrale rol bij invoerenergie. De efficiënte verhouding wordt vaak uitgedrukt als η = E_out / E_in; verliezen ontstaan door warmteverlies, wrijving, lekken en irreversibiliteiten in omzettingsprocessen. Realistische systemen hebben altijd een gedeeltelijke omzetting van input naar nuttig output met daarbij onvermijdelijke verliezen.

Toepassingen van het concept invoerenergie liggen in ontwerp, energie-audits, prestatiebeoordeling en beleidsanalyse. Door de invoerenergie te analyseren kunnen engineers en onderzoekers gericht maatregelen nemen om het totale energieverbruik te verlagen, bijvoorbeeld via optimalisatie van aandrijffuncties, recuperatie van restenergie, of betere isolatie en besturing van processen.