Home

handigheid

Handigheid is een Nederlandse term die verwijst naar de bekwaamheid om praktische taken met de handen uit te voeren. Het omvat zowel handvaardigheid—het lichamelijke vermogen om met gereedschap en materialen te werken—asook het vermogen om alledaagse problemen pragmatisch op te lossen en doelgericht te handelen in werk- of dagelijkse situaties. In bredere zin kan handigheid ook verwijzen naar vindingrijkheid en het efficiënt gebruikmaken van beschikbare middelen.

Het woord is afgeleid van hand en het achtervoegsel -igheid. Het komt vaak in samenstellingen voor, zoals

In onderwijs-, vak- en arbeidscontext wordt handigheid vaak genoemd als onderdeel van praktische competenties. Werkgevers waarderen

Verschillen met verwante termen: handvaardigheid verwijst meer specifiek naar motorische behendigheid en gecontroleerde handbewegingen, terwijl handigheid

handvaardigheid
en
praktische
bekwaamheid.
Handigheid
wordt
gebruikt
om
een
combinatie
van
fysieke
behendigheid
en
praktische
intelligentie
aan
te
duiden,
waarbij
iemand
met
zorg
en
overzicht
taken
uitvoert.
handigheid
bij
functies
in
bouw,
techniek,
onderhoud
en
reparatie,
waar
men
snel
en
effectief
met
gereedschap
en
materialen
kan
werken.
In
rapportages
of
beoordelingen
kan
handigheid
worden
opgesomd
naast
andere
kenmerken
zoals
nauwkeurigheid,
geduld
en
planmatige
aanpak.
een
bredere
combinatie
van
praktische
vaardigheid
en
oplossingsgericht
handelen
omvat.
Beide
begrippen
blijven
in
de
praktijk
nauw
met
elkaar
verweven
en
vullen
elkaar
aan
in
vaardigheden
voor
dagelijkse
en
professionele
taken.