Home

geassembleerd

Geassembleerd is het voltooid deelwoord van het Nederlandse werkwoord assembleren, wat betekent dat onderdelen in elkaar gezet, gemonteerd of in elkaar gezet zijn. Het term wordt gebruikt om aan te geven dat een product, apparaat of structuur in een montageproces is afgerond en gereed is voor gebruik of verder verwerking.

Vorm en grammatica: geassembleerd volgt de regelmatige aard van werkwoordvervoeging met de klankverandering van het prefix

Context en gebruik: geassembleerd wordt vooral toegepast in industriële en vaktechnische contexten, zoals productie, bouw en

Synoniemen en verwante termen zijn onder meer in elkaar gezet, gemonteerd, opgebouwd of samengevoegd. Verwante termen

ge-
en
het
achtervoeg
-d.
In
voltooide
tijden
met
hebben
of
zijn
wordt
het
participium
doorgaans
onveranderd
gebruikt:
het
apparaat
is
geassembleerd,
de
onderdelen
zijn
geassembleerd.
Wanneer
het
als
bijvoeglijk
naamwoord
voor
een
zelfstandig
naamwoord
staat,
kan
het
verschillende
vormingen
aannemen:
geassembleerde
onderdelen
(meervoud,
attributief)
of
geassembleerde
module
(enkelvoud,
attributief).
In
predicatieve
positie
blijft
het
geassembleerd.
elektronica.
Het
kan
verwijzen
naar
een
eindproduct
dat
uit
losse
delen
is
samengesteld,
of
naar
een
tussenstap
in
een
productieproces.
Het
woord
heeft
vaak
een
neutrale
of
technische
connotatie,
in
tegenstelling
tot
meer
informele
termen
zoals
“in
elkaar
gezet.”
worden
gebruikt
afhankelijk
van
de
context
en
de
mate
van
voltooiing
van
de
montage.
Geassembleerd
benadrukt
doorgaans
de
voltooiing
van
het
montagestadium
en
de
functionele
samenstelling
van
onderdelen.