dierenroutines

Dierenroutines verwijzen naar de doorgaans herhaalde gedragingen en activiteiten die dieren in dagelijkse patronen uitvoeren. Ze ontstaan uit een combinatie van biologische ritmes, leerervaringen, sociale interacties en omgevingsfactoren en variëren sterk tussen soorten en individuen. Routines kunnen een doel dienen, zoals het veilig vergaren van voedsel, het verzorgen van jongen, of het vermijden van predatoren, maar kunnen ook voortkomen uit menselijk beheer bij gehouden dieren.

Veelvoorkomende typen routines zijn circadiaanse patronen (dag- en nachtcyclus) en diel patronen: activiteiten en rustperioden die zich over een etmaal herhalen; voedergedrag en verkenning op vaste momenten; rust- en slaappatronen; sociale interacties zoals verzorging en communicatie; reproductie en parentaliteit; migratie en verplaatsingen bij wilde populaties. In gehouden dieren en in dierentuinen of laboratoria spelen verzorgings- en verrijkingsroutines een grote rol: vaste voertijdstippen, regelmatige gezondheidsonderzoeken, trainingssessies en doelgerichte stimulatie ter bevordering van welzijn.

Factoren die routines beïnvloeden zijn soort, leeftijd, seizoen, klimaat, beschikbaarheid van voedsel en water, licht en ruimte, en ervaring of stress. Dierenroutines worden onderzocht met systematische observaties, tijdregistratie, actimetrie en soms GPS- of videotracking; de bevindingen worden gebruikt om welzijn te beoordelen, dierenbeheer te optimaliseren en inzicht te geven in ecologie en gedrag.