belijden

Belijden is een Nederlands werkwoord dat betekent: iets als waar bevestigen, openlijk verklaren of bekennen. Het kan verwijzen naar een geloof of overtuiging, maar ook naar het erkennen van een fout, verantwoordelijkheid of schuld. Het werkwoord is transitief en gaat meestal vergezeld van een direct object, bijvoorbeeld belijden dat iets waar is, of belijden van een geloof.

In religieuze context verwijst belijden vaak naar een publieke professie van het geloof. Een geloofsbelijdenis of belijdenis van het geloof is een formele uiting van wat iemand gelooft en dient vaak als voorwaarde voor lidmaatschap in een kerk of als onderdeel van een initiatieceremonie. In christelijke tradities wordt deze belijdenis soms afgesloten met een belijdenis van de doop of het geloofsleven, en er zijn onderscheiding tussen persoonlijke belijdenissen en openbare belijdenissen.

In bredere, seculiere context kan belijden ook slaan op het erkennen van verantwoordelijkheid of schuld. Bijvoorbeeld: iemand belijdt zijn fout of belijdt openlijk dat hij een bepaald standpunt aanhangt. In dit gebruik heeft belijden een iets formelere, solemne toon dan plaatsen zoals “bekennen,” hoewel de twee woorden in betekenis overlap vertonen. Bekennen is doorgaans algemener en minder streng of ceremonieel.

Zie ook bekkennen, geloofsbelijdenis en belijdenis. Belijden blijft een term die vooral in formelere, vaak religieuze of officiële contexten opduikt, maar kan ook in bredere zin voorkomen wanneer iemand iets publiekelijk bevestigt.