Home

afgescheiden

Afgescheiden is het voltooid deelwoord van het werkwoord afscheiden en wordt in het Nederlands zowel als bijvoeglijk naamwoord als zelfstandig naamwoord gebruikt. Als werkwoordsvorm duidt het op een handeling die is uitgevoerd: iets is afgescheiden van iets anders, of iemand is afgescheiden van een groep of plaats.

In het dagelijks taalgebruik heeft afgezonderd doorgaans de betekenis van verwijderd, apart gezet of gescheiden. Je

In de wetenschappelijke en medische zin wordt afgescheiden vooral verbonden met afscheiding door organismen of klieren.

Het verwante zelfstandig naamwoord afscheiding verwijst naar het proces zelf of naar de resulterende stof of

hoort
bijvoorbeeld
dat
iemand
“afgescheiden
van
de
groep
staat”
of
dat
spullen
“afgescheiden
zijn
van
het
hoofdgebouw”
om
ze
apart
op
te
bergen.
Ook
kan
het
verwijzen
naar
isolatie
of
apart
blijven
in
sociale
of
administratieve
zin.
In
de
biologie
en
geneeskunde
verwijst
afgescheiden
naar
stoffen
die
door
cellen
of
klieren
worden
geproduceerd
en
afgegeven,
zoals
hormonen
of
slijm.
Een
hormoon
wordt
bijvoorbeeld
door
een
klier
afgescheiden;
zo
wordt
duidelijk
onderscheid
gemaakt
tussen
wat
binnen
in
het
lichaam
wordt
gemaakt
en
wat
naar
buiten
of
naar
andere
delen
van
het
lichaam
wordt
gebracht.
Het
werkwoord
kan
ook
worden
gebruikt
om
het
proces
van
scheiden
of
extraheren
te
beschrijven,
bijvoorbeeld
chemische
scheiden
of
filtratie,
waarbij
componenten
uit
een
mengsel
worden
gehaald.
toestand,
zoals
een
afscheiding
van
water
uit
een
verbinding
of
de
afscheiding
van
melk
door
een
melkklier.
De
term
heeft
daarmee
zowel
algemene
als
specialistische
toepassingen.