Subpixelcoördinaten

Subpixelcoördinaten zijn posities die niet beperkt zijn tot gehele pixelwaarden, maar ook fracties van een pixel toelaten. In digitale beeld- en grafische systemen wordt de daadwerkelijke locatie van een punt vaak beschreven als een pixelindex plus een subpixelfractie. Subpixelcoördinaten worden meestal opgeslagen als vaste-puntgetallen (bijv. 8.8 of 16.16) of als zwevendpuntgetallen, waardoor een positie met precisie kleiner dan één pixel kan worden uitgedrukt.

In rasterisatie- en renderingspisten maken subpixelcoördinaten het mogelijk om geometrieën en tekst met hogere nauwkeurigheid te beschrijven voordat ze worden omgezet naar het raster van discrete pixels. Tijdens transformaties zoals verplaatsingen, schaling en rotatie ontstaan posities die geen gehele pixelgrens vallen; subpixelcoördinaten verminderen afrondingsfouten en vereenvoudigen antialiasing. In vector- en fontrendering wordt vaak met subpixel-nauwkeurigheid gerekend om vloeiendere randen te verkrijgen.

Subpixelrendering op LCD-schermen maakt gebruik van de individuele RGB-subpixels om de perceptie van resolutie te verhogen. Door gebruik te maken van subpixelposities kan tekst rendering scherper lijken, wat vooral bij fonts en antialiasing wordt toegepast (bijvoorbeeld op systemen met ClearType-achtige technologie). Het effect is afhankelijk van het type scherm, de kleurfilters en de gebruikte filters.

Samengevat: subpixelcoördinaten geven precieze posities binnen het beeldraster en maken fijnere berekeningen mogelijk in grafische pipelines, font rendering en beeldbewerking. Ze vormen een technische oplossing voor betere kwaliteit bij rasterisatie en anti-aliasing, met afwegingen in opslag en prestaties.