Oververtegenwoordiging

Oververtegenwoordiging is de situatie waarin een bepaalde groep vaker voorkomt in een bepaalde uitkomst of positie dan men op basis van zijn aandeel in de totale populatie zou verwachten. Het begrip wordt vaak gebruikt in statistische analyses en beleidsdiscussies en kan zowel positief als negatief belicht worden, afhankelijk van de context. Het tegenovergestelde is ondervertegenwoordiging.

In het strafrecht, gezondheidszorg, de arbeidsmarkt, politieke vertegenwoordiging en in media kunnen bepaalde groepen disproportioneel aanwezig zijn in beslissingen, diagnoses, aanstellingen of zichtbaarheid.

Metingen gebeuren vaak met relatieve cijfers, zoals de relatieve kans, risk ratio of odds ratio, of met een representatie-index die de verhouding aangeeft ten opzichte van de populatie.

De oorzaken zijn vaak complex en hangen samen met structurele ongelijkheden, discriminatie, geografische clustering, onderwijsniveau en toegang tot netwerken, evenals biases in selectiesystemen en statistische ruis.

Oververtegenwoordiging kan leiden tot gerichte beleidsreacties, maar ook tot stigmatisering en verkeerde causale conclusies als interpretatie niet zorgvuldig gebeurt.

Om oververtevertegenwoordiging aan te pakken: betere data, transparante rapportage, nauwkeurige definities, en opgroeien van gelijke kansen, inclusief bias training en maatregelen die toegang tot middelen verbeteren.

Zie ook ondervertegenwoordiging.