Naaldvlechten

Naaldvlechten is een traditionele vaktechniek binnen de familie van vlechten en naaldwerk. Het verwijst naar methoden waarbij koorden of draden worden verweven met behulp van een naald om decoratieve vlechten of kantachtige linten te vormen. Doorgaans wordt zonder loom gewerkt; de naald wordt gebruikt om draden boven en onder bestaande strengen door te halen volgens een vast patroon. Door variaties in het patroon ontstaan platte banden, holle koorden of sierlijke randen.

Benodigdheden zijn een naald (naaldpunt of naalden), garen of draad, en bij voorkeur een stevige kernkoord waarrond de patronen worden opgebouwd. Soms wordt een patroonvorm of patroonbordje gebruikt om het werk op zijn plaats te houden. De techniek is geschikt voor het aanbrengen van versieringen op kleding, riemen, tasgrepen, hoeden en bekleding, maar ook voor het maken van sieraden of decoratieve knopen.

Historisch gezien komt naaldvlechten voor in Europese volkskunst en vormt het een verwant onderdeel van andere handmatige vlechttechnieken. Het komt ook voor in Nederlandse textielkunst en traditionele kostuums, waar het werd gebruikt om stevige, flexibele koorden en decoratieve randen te vervaardigen voordat machinaal vervaardigde vlechten beschikbaar waren.

Soorten patronen variëren naar gelang het aantal actieve draden en de richting van de steken, wat leidt tot texturen die variëren van vlak en glad tot ribbelig en vol. In hedendaagse ambachten wordt naaldvlechten onderwezen binnen handwerk, borduurkunst en sieradenmakerij en kan het worden gecombineerd met andere vlecht- of naaldwerktechnieken.

Zie ook: vlechten, kantwerk, naaldwerk, textielkunst.