Home

Meervoudsvorm

Meervoudsvorm is de vorm van een woord die aangeeft dat er meer dan één exemplaar van dat woord is. In het Nederlands wordt de meervoudsvorm meestal gevormd door een suffix toe te voegen aan de stam, vooral -en of -s. De meeste zelfstandige naamwoorden krijgen hun meervoud door -en, bijvoorbeeld boek → boeken, boom → bomen, huis → huizen, kind → kinderen, hoofd → hoofden, vis → vissen, stad → steden. Woorden die eindigen op een klinker of een klank die beter leesbaar is met een -s krijgen vaak alleen -s, zoals auto → auto's en foto → foto’s. Bij leenwoorden uit het buitenland geldt vaak dezelfde -s-regel, soms met een apostrof om misverstanden te voorkomen (auto’s, foto’s).

Er bestaan ook onregelmatige meervouden en stemveranderingen in de stam. Voorbeelden zijn man → mannen, vrouw → vrouwen,

In gebruik hangt de meervoudsvorm vaak samen met lidwoorden en telwoorden. Meervoudige zelfstandige naamwoorden krijgen meestal

mens
→
mensen,
kind
→
kinderen,
speller
→
spelers.
Sommige
woorden
laten
een
klinkerverandering
of
klankwijziging
zien
in
het
meervoud,
zoals
huis
→
huizen
en
brood
→
broden,
en
stamveranderingen
bij
bijvoorbeeld
boom
→
bomen.
Daarnaast
vormen
veel
woorden
met
-aar,
-eer
of
-ier
hun
meervoud
met
-aren,
-eren
of
-iërs
(leraar
→
leraren;
reiziger
→
reizigers).
het
bepaald
lidwoord
de
(de
boeken,
de
tafels)
en
verliezen
het
onbepaalde
lidwoord
in
het
enkelvoud
(een
boek
→
meerdere
boeken).
Sommige
woorden
behoren
tot
de
groep
meervoudswoorden
die
uitsluitend
in
het
meervoud
voorkomen
(meervoudig
termen).