Cuffoefeningen

Cuffoefeningen verwijzen naar oefeningen die de rotator cuff versterken, een groep spieren rondom het schoudergewricht, waaronder de supraspinatus, infraspinatus, teres minor en subscapularis. Deze spieren stabiliseren het schouderkopje in de kom tijdens beweging en dragen bij aan schouderstabiliteit en bewegingscontrole. Cuffoefeningen worden vaak toegepast bij herstel van schouderblessures, bij impingementproblemen en ter preventie van blessures, maar ook ter verbetering van houding en functioneel schouderspel.

Doel en toepassing: rotator cuff oefeningen richten zich op het vergroten van spierkracht en controlegevoeligheid rondom het schoudergewricht. Ze kunnen onderdeel zijn van revalidatie na letsel of operatie, bij chronische schouderpijn en bij sporters die veel overheadbewegingen maken. Het doel is doorgaans minder pijn, betere stabiliteit en een grotere bewegingsvrijheid zonder overbelasting.

Soorten oefeningen: veelvoorkomend zijn externe en interne rotaties met weerstandsband, zowel zittend als liggend, en oefeningen gericht op scapulair stabilisatie zoals ruggengroei- en lusbewegingen die de positie van het schouderblad verbeteren. Andere handige oefeningen zijn lichte abductie- en retractiebewegingen met lage weerstand en gecontroleerde, pijnvrije bewegingen die de rotator cuff activeren zonder overmatige belasting.

Uitvoering en veiligheid: begin met een lichte weerstand en 2-3 sets van 8-15 herhalingen, 2-3 keer per week. Let op een correcte schouderpositie, vermijd pijnlijke bewegingen en stokke houding. Waarschuwingssignalen zoals scherpe pijn, gevoelloosheid of zwakte vereisen stoppen en overleg met een fysiotherapeut of arts voordat je verder gaat. Warm op voor elke sessie en bouw geleidelijk de intensiteit op.