Home

Bloeddoping

Bloeddoping is de praktijk waarbij het aantal rode bloedcellen of het zuurstoftransportvermogen van het bloed op onnatuurlijke wijze wordt vergroot, met als doel de sportprestaties te verbeteren. Door meer zuurstof kan een atleet langer en harder trainen of presteren. Bloeddoping is in de meeste professionele sporten verboden en valt onder anti-dopingregels.

De methoden die aan bod komen, omvatten autologe bloedtransfusie (het eigen bloed wordt vooraf afgenomen en

Gezondheidseffecten en risico’s zijn aanzienlijk: een hogere hematocrietwaarde verhoogt de viscositeit van het bloed, wat het

Regulering en detectie: Wereldwijd verbieden antidopingautoriteiten, zoals WADA, bloeddoping. Dopingcontrole gebeurt via bloed- en urineonderzoek en

Historische context: Bloeddoping werd vooral bekend door misstanden in duursporten in de jaren negentig en vroege

later
teruggeplaatst)
en
allogene
transfusie
(donorbloed).
Daarnaast
wordt
erytropoëtine
(EPO)
en
andere
middelen
die
de
productie
van
rode
bloedcellen
stimuleren
gebruikt.
Ook
zijn
bloedsubstituten
en
zuurstofdragers
onderzocht,
maar
deze
blijven
relatief
zeldzaam
in
de
praktijk.
Dopingcontrole
richt
zich
op
het
opsporen
van
afwijkingen
in
bloedwaarden
en
op
het
detecteren
van
transfusie-
of
middelgebruik.
risico
op
bloedstolsels,
beroertes
en
hartaanvallen
vergroot.
Transfusies
kunnen
infecties,
immunologische
reacties
of
bloedafwijkingen
veroorzaken.
Langdurig
of
onjuist
gebruik
kan
ook
leiden
tot
ijzertekort
en
andere
complicaties.
via
het
Athlete
Biological
Passport,
dat
veranderingen
in
bloedparameters
over
de
tijd
bewaakt.
Detectiemethoden
omvatten
ook
analyse
van
EPO-indices
en
patronen
die
wijzen
op
transfusie
of
andere
hulpmiddelen.
jaren
2000,
wat
heeft
geleid
tot
strengere
regels,
betere
tests
en
de
ontwikkeling
van
biologische
monitoring.