Home

warmteopname

Warmteopname is het proces waarbij een systeem warmte opneemt uit zijn omgeving. Tijdens warmteopname neemt de interne energie van het systeem toe, wat kan leiden tot een temperatuurstijging of tot een fasetransitie. Warmteopname gaat meestal samen met een afname van de warmte van de omgeving en is het tegenovergestelde van warmteafgifte.

De hoeveelheid warmte die wordt opgenomen, wordt meestal aangeduid met Q. Voor een stof die op temperatuur

Factoren die warmteopname beïnvloeden zijn onder meer de soortelijke warmte, de massa, het temperatuurverschil met de

Metingen van warmteopname gebeuren vaak met calorimetrie. Bij gewone calorimetrie bepaalt men Q via temperatuurveranderingen, terwijl

Toepassingen van warmteopname komen voor in bouwkunde, energieopslag en verschillende technische processen waar gecontroleerde verwarmings- en

verandert
zonder
fasetransitie
geldt
Q
=
m
c
ΔT,
waarbij
m
de
massa
is,
c
de
soortelijke
warmtecapaciteit
en
ΔT
de
temperatuurverandering.
Bij
fasetransities
geldt
Q
=
n
ΔH,
waarbij
ΔH
de
latente
warmte
is
die
nodig
is
voor
een
faseverandering
(bijv.
smelten
of
verdampen).
In
thermodynamische
termen
is
warmteopname
voor
het
systeem
positief,
terwijl
de
omgeving
warmte
afgeeft
(negatief
voor
de
omgeving).
omgeving,
de
toestand
van
de
stof
(vast,
vloeistof,
gas)
en
de
mate
van
warmteoverdracht
via
conductie,
convectie
of
straling.
De
opneembare
warmte
kan
ook
afhankelijk
zijn
van
de
tijd
en
van
de
warmtegeleiding
binnen
het
materiaal.
differentiële
scanningkalorimetrie
(DSC)
de
warmte
tijdens
opwarming
of
afkoeling
meet
en
kan
helpen
bij
het
bepalen
van
cp
en
latent
heat.
temperatuursbeheersing
nodig
is.