Home

verval

Verval is een Nederlands zelfstandig naamwoord met twee hoofdbetekenissen: de achteruitgang of afbraak van materiaal of levende wezens; en het vervallen of verlopen van tijdsgebonden rechten, vorderingen of documenten. De term komt van het werkwoord vervallen, dat "in waarde of geldigheid verliezen" betekent.

In de context van materialen en natuur verwijst verval naar achteruitgang door vertering, verwering of bederf.

In juridische en financiële context duidt verval op het verlopen van rechten of termijnen. Een vordering kan

Etymologisch gezien is verval afgeleid van vervallen, letterlijk "ineens vallen" of "niet langer blijven gelden". In

Zie ook: vervaldatum, vervaltermijn, verjaring, houdbaarheidsdatum.

Voorbeelden
zijn
rot
van
hout,
schimmelvorming,
of
voedsel
dat
bederft.
In
het
dagelijks
taalgebruik
wordt
ook
gesproken
van
verval
van
voedsel
als
onderdeel
van
het
bredere
begrip
bederf,
terwijl
houdbaarheidsdatum
vaker
wordt
gebruikt
voor
consumentenproducten.
vervallen
na
het
verstrijken
van
een
vervaltermijn;
een
contract
of
vergunning
kan
na
verloop
van
tijd
ongeldig
worden.
De
term
vervaldatum
wordt
vaak
gebruikt
om
de
datum
aan
te
geven
waarop
een
financieel
instrument,
krediet
of
overeenkomst
vervalt.
Verjaring
verwijst
naar
het
langer
durende
proces
waarbij
een
recht
van
vordering
verdwijnt
doordat
een
bepaalde
tijd
is
verstreken.
het
dagelijks
taalgebruik
kan
men
spreken
van
een
vervallen
paspoort,
vervallen
optie
of
vervallen
concessie,
wat
betekent
dat
ze
niet
langer
geldig
zijn.