sleutelvelden

Sleutelvelden zijn velden in een relationele database die een rij records uniek identificeren. Ze vormen vaak de primaire sleutel van een tabel, maar kunnen ook andere unieke of kandidaat sleutels zijn. Een sleutelveld moet bij voorkeur stabiel blijven, uniek zijn voor elke rij en meestal niet null.

Sleutelvelden spelen een centrale rol bij indexering en queryoptimalisatie: databases bouwen indexes op deze velden om snelle zoekopdrachten mogelijk te maken. Daarnaast komen sleutelvelden vaak voor in relaties tussen tabellen via buitenlandse sleutels (foreign keys), die verwijzen naar sleutelvelden in gerelateerde tabellen om referentiële integriteit te waarborgen.

Er bestaan verschillende typen sleutels. Een primaire sleutel is het belangrijkste identificatiemiddel voor een rij. Een composiet sleutel bestaat uit meerdere velden. Natuurlijke sleutels (natural keys) gebruiken velden die in de echte wereld al bestaan, terwijl surrogate sleutels kunstmatig zijn, zoals een auto-increment-id. Natuurlijke sleutels kunnen veranderlijk of potentieel duplicerend zijn, terwijl surrogate sleutels vaak stabieler en eenvoudiger te beheren zijn.

Ontwerpkeuzes en best practices: kies een sleutelveld dat minimaal en stabiel is, bij voorkeur niet veranderlijk en niet null. Overweeg of een natuurlijke sleutel volstaat of dat een surrogate sleutel handiger is om toekomstige wijzigingsimpact te beperken. Zorg voor duidelijke en unieke waarden, en controleer of sleutelvelden geschikt zijn om te indexeren en relaties te ondersteunen.

Voorbeelden: een klantenlijst met klant_id als primaire sleutel; een bestellingen-tabel met order_id; een orderregels-tabel kan een samengestelde sleutel hebben van order_id en product_id, of een aparte sleutel gebruiken.