Home

rekensystemen

Rekensystemen zijn systemen voor de voorstelling van getallen en voor het uitvoeren van berekeningen. Ze bepalen hoe getallen worden geschreven en welke regels gelden voor optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen. In de wiskunde en informatica komen vooral twee categorieën voor: positiesystemen en niet-positiesystemen.

Positiesystemen, ook wel place-value systemen genoemd, representeren cijfers met een basis (of radices) B. De waarde

Niet-positie systemen kennen geen gewicht per positie. De waarde wordt afgeleid uit de som of het verschil

In de informatica worden rekensystemen hoofdzakelijk binair gebruikt. Computers voeren bewerkingen uit op binaire getallen en

Toepassingen van rekensystemen variëren van onderwijs en rekentechnieken tot computerarchitectuur en digitale communicatie, waarbij inzicht in

van
een
cijfer
hangt
af
van
de
positie
en
van
B.
Voorbeelden
zijn
decimiaal
(base-10),
binair
(base-2),
octaal
(base-8)
en
hexadecimaal
(base-16).
Bijvoorbeeld
123
in
decimaal
is
1×10^2
+
2×10^1
+
3×10^0,
en
1011
in
binair
is
1×2^3
+
0×2^2
+
1×2^1
+
1×2^0.
van
symbolen.
Romeinse
cijfers
vormen
hier
een
bekend
voorbeeld:
ik,
v,
x,
l,
c,
d
en
m
vertegenwoordigen
specifieke
waarden,
en
getallen
ontstaan
door
optellen
en
aftrekken
van
deze
tekens.
Dit
soort
systemen
werd
historisch
gebruikt
en
blijft
relevant
als
educatief
middel
en
in
bepaalde
toepassingen.
gebruiken
representaties
zoals
twee’s
complement
voor
negatieve
getallen
en
vaste-
of
zwevend-komma
voor
realistische
getallen.
Hexadecimale
en
octale
notaties
dienen
als
compacte
weergaven
en
vergemakkelijken
programmering
en
debugging.
basissen
en
conversies
fundamenteel
blijft.