Home

openslaan

Openslaan is een Nederlands werkwoord dat letterlijk betekent iets open slaan of openbreken met een slag of ruk. Het gaat om een samenstelling van open en slaan en wordt zowel letterlijk als figuurlijk gebruikt. De handeling kan betrekking hebben op tastbare voorwerpen als deuren, kasten, deksels of vensters, maar ook op een boek of een onderwerp dat men opent of bespreekbaar maakt.

In de taalkundige praktijk wordt openslaan vaak gebruikt voor fysieke openingen. Voorbeelden zijn: een deur openslaan

Figuurlijk heeft openslaan ook een bredere betekenis: het openen van een kwestie, onderwerp of gesprek. Zo kan

Grammaticaal is openslaan een separabel werkwoord. In de tegenwoordige tijd vormt men bijvoorbeeld: hij slaat open;

(de
deur
slaat
open),
een
venster
openslaan,
of
een
deksel
openslaan.
Bovendien
wordt
het
begrip
toegepast
op
het
openen
van
een
boek:
iemand
kan
een
boek
openslaan
om
te
beginnen
lezen
of
om
naar
een
specifieke
bladzijde
te
gaan.
Het
werkwoord
kan
ook
met
andere
objecten
worden
gebruikt,
zoals
een
kist
openslaan
of
een
kluis
openslaan.
men
spreken
van
het
openslaan
van
een
nieuw
hoofdstuk
in
een
verhaal,
of
van
het
openslaan
van
een
onderwerp
tijdens
een
vergadering.
In
journalistieke
en
literaire
contexten
verwijst
openslaan
vaak
naar
het
introduceren
of
onthullen
van
informatie,
ideeën
of
discussies.
in
de
verleden
tijd
sloeg
hij
open.
Het
participium
is
opengeslagen.
Het
gebruik
van
openslaan
is
gangbaar
in
zowel
standaard-
als
informeler
taalgebruik
en
komt
voor
in
zowel
Nederlandse
als
Vlaamse
teksten.