omzeilen

Omzeilen is een Dutch verb meaning to sail around something or, figuratively, to bypass or outmaneuver obstacles, rules, or procedures. The word is composed of om- (around) and zeilen (to sail). Oorspronkelijk beschreef het de nautische handeling waarbij een schip een boei, rots of ander obstakel omzeilt, maar het is in figuratief gebruik veel verder uitgebreid naar het vermijden van beperkingen of regels door slim manoeuvreren.

Gebruik en betekenis. Het is een transatief werkwoord en wordt gevolgd door een direct object dat wordt omzeild, bijvoorbeeld: “Het schip kan de boei omzeilen” of “de regels omzeilen.” In combinatie met andere werkwoorden kan het infinitief met te verschijnen, bijvoorbeeld: “trachten de regels te omzeilen.” De connotatie varieert van neutraal tot kritisch, afhankelijk van de context en of er sprake is van opzettelijk verweer tegen regels of obstakels.

Vervoeging. Tegenwoordige tijd: ik omzeil, jij omzeilt, hij omzeilt; wij omzeilen; jullie omzeilen; zij omzeilen. Verleden tijd: ik omzeilde; jij omzeilde; hij omzeilde; wij omzeilden; jullie omzeilden; zij omzeilden. Voltooid deelwoord: omzeild. Voltooide tijd: ik heb omzeild; jij hebt omzeild; hij heeft omzeild; wij hebben omzeild; jullie hebben omzeild; zij hebben omzeild. Infinitief: omzeilen. Participe: omzeild.

Nomen. De omzeiling (of het omzeilen) is de handeling van het omzeilen.

Zie ook. Verwante termen zijn onder meer ontduiken, omzeiling van regels, en omloop/omweg, die beide improviseren of ontwijken aangeven in vergelijkbare contexten.