membraanomgeving
De membranomgeving verwijst naar het fysiochemische milieu rondom een membraan en omvat de lipide dubbellaag zelf, de waterige ruimten aan beide kanten en de membraanproteïnen die erin of eromheen liggen. Zo geldt de plasmamembraan als belangrijkste component, maar ook membranen van organellen zoals mitochondriën, het eindoplasmatisch reticulum en de Golgi-apparaat maken deel uit van de membranomgeving. Deze omgeving bepaalt hoe eiwitten functioneren, welke stoffen door de membraan komen en hoe signalen tussen cellen worden doorgegeven.
Samenstelling en structuur: De kern is een dubbellaag van fosfolipiden met hydrofobe staarten naar elkaar toe
Eigenschappen en dynamiek: Het model van de vloeibaar-mosaïek beschrijft een dynamisch membraan waarin componenten vrij langs
Functies en interacties: De membranomgeving bepaalt doorlaatbaarheid, proteïnewerking en compartimentering. Het beïnvloedt receptoren, ionkanalen, transporters en
Variatie en toepassing: De term verwijst naar plasmamembraan maar ook naar membranen van organellen. De samenstelling