Eigenschappen

Eigenschappen zijn kenmerken die aan een object of verschijnsel kunnen worden toegewezen. Ze beschrijven wat het ding is of hoe het zich verhoudt tot andere dingen en maken vergelijking, identificatie en classificatie mogelijk.

Eigenschappen kunnen intrinsiek zijn, wat betekent dat ze onafhankelijk bestaan van andere objecten of context, zoals massa, dichtheid of kleur. Extrinsieke eigenschappen hangen af van de relatie met andere zaken, bijvoorbeeld of iets zich naast een ander voorwerp bevindt. Essentiële eigenschappen zijn eigenschappen die een object in zijn aard definiëren; accidentele eigenschappen kunnen veranderen zonder het wezen te veranderen.

In de wetenschap worden fysische eigenschappen gemeten, zoals smeltpunt, dichtheid en elektrische geleidbaarheid. In de filosofie beschouwen we hoe eigenschappen predicaten zijn die aan objecten kunnen worden toegekend en hoe ze waarheidwaarde geven aan beweringen over die objecten. In de informatica en logica dienen eigenschappen vaak als predicaten die objecten kenmerken kunnen. Zo kunnen objecten via logische beweringen aan eigenschappen worden toegekend en geanalyseerd.

Voorbeelden zijn een appel met de eigenschappen rond, rood en zoet; een metalen staaf met massa, lengte en geleidbaarheid; een molecuul met samenstelling en bindingsstructuur. Eigenschappen zijn daarmee fundamenteel voor beschrijving, vergelijking en begrip van de wereld in uiteenlopende disciplines.