medezeggenschapsorganen

Medezeggenschapsorganen zijn representatieve lichamen binnen onderwijsinstellingen die participatie van ouders, personeel en soms studenten mogelijk maken in het bestuur. In Nederland en België zijn deze organen verankerd in de wetgeving rond medezeggenschap op scholen en vergelijkbare regelgeving voor hoger onderwijs en andere sectoren.

In het basisonderwijs en voortgezet onderwijs is de belangrijkste medezeggenschapsraad (MR). De MR bestaat doorgaans uit vertegenwoordigers van het personeel en vertegenwoordigers van ouders. Bij grotere schoolgroepen kan een Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad (GMR) bestaan die de verschillende scholen van de groep of het bestuur vertegenwoordigt en mee beslist over gezamenlijk beleid. De MR heeft adviesrechten over de meeste beleidszaken en in bepaalde gevallen instemmingsrechten over besluiten die de schoolorganisatie of het budget raken, zoals de schooltijden, de begroting of de schoolregels.

Naast de MR komen op veel scholen ook andere organen voor, zoals een Leerlingenraad (studentenraad) die de stem van leerlingen vertegenwoordigt, en een Ouderraad die ouderparticipatie bevordert. Deze organen kunnen naast of onder de MR opereren, afhankelijk van de school.

In het hoger onderwijs bestaan medezeggenschapsraden zoals de Universiteitsraad of Hogeschoolraad, die personeel en studenten vertegenwoordigen en betrokken zijn bij strategische besluiten, budget en kwaliteit van onderwijs en dienstverlening.

Electies voor deze organen volgen wettelijke regels en kennen vaste termijnen. Het doel van medezeggenschapsorganen is het waarborgen van democratische participatie, transparantie en afstemming tussen directie, personeel, ouders en leerlingen in het onderwijsbeleid.