kwantitatief

Kwantitatief verwijst naar wat met aantallen en meting te maken heeft. In onderzoek en analyse richt een kwantitatieve benadering zich op het kwantificeren van verschijnselen door middel van numerieke data en statistische verwerking. Het begrip staat tegenover kwalitatief onderzoek, waarin doorgaans minder nadruk ligt op cijfers en meer op betekenis en context.

Kwantitatief onderzoek maakt gebruik van gestructureerde instrumenten zoals enquêtes, experimenten en het analyseren van secundaire databronnen. Variabelen worden gemeten en operationeel gedefinieerd, zodat ze numeriek kunnen worden vastgelegd. Een typische opzet omvat steekproeftrekking, betrouwbaarheid en validiteit van metingen, en het formuleren van hypotheses.

Analyse gebeurt met statistische methoden: beschrijvende statistiek (gemiddelden, mediaan, spreiding), en inferentiële statistiek (t-toets, ANOVA, regressie), evenals modeling en simulatie. Het doel is om algemene conclusies te trekken over populaties en oorzakelijke relaties te toetsen.

Voordelen en beperkingen: kwantitatief onderzoek biedt objectiviteit, reproduceerbaarheid en de mogelijkheid tot generalisatie naar grotere populaties. Het maakt grootschalige vergelijkingen mogelijk en kwantificeert effecten. Nadelen zijn contextonzekerheid, mogelijke verlies van nuance, en afhankelijkheid van de kwaliteit van meetinstrumenten. Bias, nonresponse en meetfouten kunnen de resultaten beïnvloeden.

Kwantitatieve benaderingen worden veel toegepast in de sociale en gezondheidswetenschappen, economie en marktonderzoek. Ze staan vaak aan de basis van beleidsadviezen en wetenschappelijke hypothesen. In veel onderzoeksontwerpen worden kwantitatieve en kwalitatieve methoden gecombineerd in gemengde-methoden-onderzoeken om zowel omvang als diepte te leveren.