hoofdvormen
Hoofdvormen verwijst naar de contouren en verhoudingen van het hoofd en de schedel bij mensen. Ze beschrijven hoe breed en lang het hoofd is en hoe de schedel zich in lijn vormt. In de antropologie, geneeskunde en productontwerp worden hoofdvormen gebruikt om variatie in groei, uiterlijk en fitting vast te leggen.
Veel gebruikte termen zijn dolichocefalie (langkopachtig), brachycefalie (kortschedelig) en mesocefalie (gemiddelde vorm). Deze termen slaan op
Classificatie gebeurt aan de hand van metingen van de maximale schedelbreedte (breedte) en de maximale schedellengte
Toepassingen liggen in de klinische praktijk en in ontwerp: diagnostiek, chirurgieplanning, en de fitting van helmen,
Ontwikkeling en variatie: Hoofdvormen zijn deels erfelijk bepaald en veranderen gedurende de groei. Tijdens de vroege
Kritiek en noten: Het beschrijven van hoofdvormen is descriptief en mag geen implicaties hebben over intelligentie