handkaarten

Handkaarten zijn de kaarten die een speler op elk moment in de hand heeft tijdens een kaartspel. Ze onderscheiden zich van kaarten in de stapel (de deck) en de aflegstapel. Aan de start van het spel ontvangen spelers een bepaald aantal kaarten, waarna ze tijdens het spel kaarten kunnen spelen, vervangen of opnemen uit de stapel.

In de meeste traditionele kaartspellen blijft de inhoud van iemands hand privé; andere spelers zien alleen gespeelde kaarten en eventuele opengelegde informatie.

Handkaarten bepalen welke acties mogelijk zijn. De speler moet keuzes maken over welke kaarten hij vasthoudt, speelt of opneemt uit de stapel. Het aantal handkaarten kan beperkt zijn door regels zoals een maximumaantal kaarten in de hand; overschot kan leiden tot afleggen of discard.

In veel spellen is hand management belangrijk: het bepalen wanneer kaarten worden gespeeld, geruild of ingetrokken. Voorbeelden: in poker krijgt elke speler een privé hand; in rummikub of rummy trekt men kaarten en legt men combinaties af; in bridge heeft elke speler aan het eind van een ronde meestal 13 kaarten in hand.

De exacte termen en indeling verschillen per spel: in het Nederlands wordt vaak gesproken over handkaarten, hand, stapel en aflegstapel. In digitaal en het hobby- en goklandschap wordt de term handkaarten algemeen begrepen als de kaarten die op dat moment in iemands hand zitten.