farmaceutisch

Farmaceutisch is een bijvoeglijk naamwoord in het Nederlands dat betrekking heeft op geneesmiddelen en de farmacie als vakgebied. Het verwijst naar zaken die te maken hebben met de ontwikkeling, productie, regelgeving, logistiek en zorg rondom medicijnen. Voorbeelden zijn farmaceutische industrie, farmaceutische technologie en farmaceutische zorg. Het wordt ook gebruikt in termen als farmaceutische wetenschappen en farmaceutisch onderzoek. In tegenstelling tot farmacie, dat vaker verwijst naar de praktijk van de geneesmiddelenverstrekking en het beroep van apotheker, ligt farmaceutisch meer op de inhoudelijke en technologische kant van geneesmiddelzorg.

Etymologie: farmaceutisch is afgeleid van het begrip farmaceut en het bijvoeglijk naamwoordsuffix -isch. De wortels gaan terug naar het Latijn pharmaceuticus en Griekse oorsprong pharmakeutikos, afgeleid van pharmakon (geneesmiddel).

Toepassingen en context: in het onderwijs wordt gesproken over opleidingen en opleidingen in farmaceutische wetenschappen; in de industrie over kwaliteitscontrole, formulering, regulatory affairs en klinische onderzoeken. De term komt zowel in Nederland als in België voor en wordt breed gebruikt in academische, industriële en zorggerelateerde contexten.

Zie ook: farmacologie, apotheek, apotheker, farmacie.