Home

begrotingstekort

Een begrotingstekort is het verschil waarbij de overheidsuitgaven de inkomsten over een bepaalde periode overschrijden, meestal een boekjaar. Het tekort wordt gefinancierd door nieuw lenen en leidt tot een stijging van de overheidsschuld.

Het begrotingssaldo wordt uitgedrukt als inkomsten minus uitgaven. Een tekort is negatief en wordt vaak weergegeven

Oorzaken zijn onder meer een economische neergang die inkomsten verlaagt en uitgaven verhoogt door automatische stabilisatoren,

Gevolgen kunnen een ophoping van schuld, hogere rentelasten en een mogelijke invloed op kredietwaardigheid en toekomstige

Terminologie: primair tekort is het tekort exclusief rentebetalingen; structureel tekort verwijst naar wat niet door conjunctuur

Beleidsreacties richten zich op het terugdringen van het tekort en de schuld door consolidatie, hervormingen en

als
percentage
van
het
bbp.
beleidskeuzes
zoals
stimuleringsmaatregelen
of
bezuinigingen,
en
conjunctuurafhankelijke
factoren.
beleidsruimte
zijn.
Bij
aanhoudende
tekorten
kan
de
ruimte
voor
toekomstige
overheidsuitgaven
afnemen.
wordt
beïnvloed;
cyclisch
tekort
wijst
op
de
conjunctuurafhankelijke
component.
Het
onderscheid
helpt
bij
het
bepalen
of
een
tekort
structureel
op
lange
termijn
is
of
vooral
tijdelijk
van
aard.
het
vastleggen
van
begrotingskaders.
In
EU-context
spelen
regels
zoals
de
Stabiliteits-
en
Groeipact
een
rol
bij
het
beoordelen
en
sturen
van
overheidsbalansen.