Zonbeschermingsfactor

Zonbeschermingsfactor (SPF) is de maat die wordt gebruikt om de beschermende werking van zonnebrandmiddelen tegen ultraviolet B (UVB) straling weer te geven. SPF geeft aan hoe lang iemand met de crème op de huid onder zonlicht kan blijven zonder verbranden in vergelijking met zonder bescherming. In theorie betekent SPF 30 dat iemand ongeveer 30 keer langer in de zon kan blijven dan zonder bescherming. In de praktijk worden factoren zoals huidtype, zonnehoogte, tijdsduur en de hoeveelheid aangebrachte crème meegewogen, waardoor de werkelijke bescherming kan variëren.

SPF richt zich primair op UVB-bescherming, de straling die verbranding veroorzaakt. Veel zonnebrandmiddelen bieden daarnaast een vorm van UVA-bescherming, omdat UVA-branding en huidveroudering ook belangrijk zijn. Productlabels geven daarom vaak aan dat het product “brede spectrum” bescherming biedt, wat zowel UVB als UVA omvat.

Kiezen en gebruiken van zonbescherming gebeurt met praktische aanwijzingen: voor dagelijks gebruik kan een SPF tussen 15 en 30 volstaan, bij langere blootstelling of lichte huid wordt SPF 30–50 aangeraden. Breng voldoende product aan: ongeveer 2 milligram per vierkante centimeter huid. Ververs de zonnebrandcrème elke twee uur, of direct na zwemmen, transpireren of afdrogen. Let op de labelinformatie over waterbestendigheid.

Kinderen, mensen met een gevoelige huid en personen met een geschiedenis van huidkanker moeten extra bedachtzaam zijn bij zonblootstelling en kiezen voor breedspectrum zonnebrandmiddelen met een zo hoog mogelijke SPF in combinatie met aanvullende maatregelen zoals kleding en schaduw.