Verdampingswarmte

Verdampingswarmte, ook wel latente warmte van verdamping genoemd, is de hoeveelheid warmte die nodig is om een stof bij een gegeven druk te laten verdampen zonder dat de temperatuur verandert. Voor een zuivere stof bij de kookdruk is deze warmte aangeduid als ΔHvap. De verdampingswarmte kan per mol (kJ/mol) of per kilogram (kJ/kg) uitgedrukt worden. Voor water bij 1 atm is ΔHvap ongeveer 40,7 kJ/mol (ongeveer 2257 kJ/kg). Dit is de energie die nodig is om vloeibare watermoleculen door de intermoleculaire aantrekkingskrachten te breken zodat ze gasvormig worden.

De waarde van verdampingswarmte is temperatuurafhankelijk: ΔHvap neemt af naarmate de temperatuur stijgt en verdwijnt uiteindelijk bij het kritieke punt. ΔHvap is verbonden met de dampdruk van een stof via de Clausius-Clapeyron-relatie, die (in benadering) beschrijft hoe de dampdruk met de temperatuur samenhangt met de latent heat van verdamping.

Toepassingen en meetmethoden: verdampingswarmte speelt een centrale rol in stoom- en gasprocessen, distillatie, koeltechniek en vele natuurlijke processen zoals verdamping uit waterlichamen. De hoeveelheid warmte die nodig is om een bepaalde massa te verdampen wordt gegeven door Q = m · Lv (per massa) of Q = n · ΔHvap (per mole). In calorimetrie kan ΔHvap gemeten worden met calorimeters of differentiaal scanning calorimetry (DSC) bij constante druk, of uit dampdrukgegevens afgeleid worden.