Transporttijden

Transporttijden verwijzen naar de tijd die nodig is om goederen of personen van een herkomstpunt naar een bestemming te vervoeren. In logistiek en mobiliteit worden transporttijden vaak onderscheiden per vervoerswijze (weg, spoor, lucht, zee) en per schakels in de keten, zoals van deur tot deur of van haven tot haven. Geplande transittijden worden vaak gebruikt voor planning, terwijl feitelijke transittijden ontstaan tijdens uitvoering.

Transittijd omvat doorgaans de tijd in beweging plus de handling- en wachttijden bij laden, lossen, overslag en eventueel grens- of tolprocedures. Het verschil tussen geplande tijd en feitelijke tijd kan ontstaan door congestie, weersomstandigheden, regelgevende vertragingen en operationele omstandigheden.

Factoren die transporttijden beïnvloeden zijn onder meer afstand en route, gekozen vervoerswijze, capaciteit en congestie, weersomstandigheden, infrastructuurkwaliteit, grens- en douaneprocedures, en leveringstermijnen. Daarnaast spelen service-niveaus, dagelijkse variatie en seizoeninvloeden een rol.

Metingen en analyse gebeuren op basis van historische data en real-time monitoring. Instrumenten zoals GPS-telematica leveren actuele posities, terwijl ETA-algoritmen en KPI's als gemiddelde transittijd, mediaan en percentielen inzicht geven in betrouwbaarheid. Een belangrijke maatregel is de on-time delivery-rate.

Toepassingen omvatten routeplanning, klantencommunicatie, kostenraming, voorraadbeheer en SLA-management. Transporttijden worden gebruikt om betrouwbaarheid te evalueren, buffers te bepalen en risico’s te modelleren in de supply chain.

Uitdagingen zijn onder meer hoge variabiliteit, onverwachte verstoringen en mogelijk beperkte datakwaliteit. Organisaties werken aan verbetering via dynamische planning, betere ETA-predictie, real-time aanpassingen en digitale zichtbaarheid van de gehele keten.